Loading...
 

TELETASK CLOUD installatie

Inleiding

In deze handleiding leggen we uit hoe u de instellingen kan doen om uw woning/appartement/gebouw met de ATMOS app te beheren van op een mobiel toestel zoals een smart phone of tablet, maar dit kan ook vanop PC en Mac.
Dankzij de TELETASK cloud service kan dit heel eenvoudig opgezet worden.
Onderstaande twee verbindingen dienen hiervoor tot stand worden gebracht:

  • Het verbinden van het TELETASK systeem met de TELETASK Cloud.
  • Het verbinden van het mobiel toestel (dat de ATMOS app draait) met de TELETASK Cloud.

Wanneer dus beide systemen met de TELETASK Cloud verbonden zijn, kan deze Cloud service een communicatie uitvoeren tussen bijvoorbeeld Smartphone en het TELETASK systeem.
Vereisten:

  • PROSOFT 4.0.1.0 of hoger.
Opmerking: gedurende deze installatie moet uw PROSOFT PC verbonden zijn met de TELETASK centrale en met het internet.

De werkwijze om een TELETASK centrale eenheid te verbinden met de cloud bestaat uit verschillende stappen:

  1. Maak een Systeem Integrator (SI) account aan op de TELETASK cloud server (met een browser).
  2. Verbind (in PROSOFT) de TELETASK DoIP centrale met de TELETASK cloud.
  3. Configureer in PROSOFT de gebruiker(s) en verzend het nieuw bekomen .nbt bestand naar de centrale.
  4. Bevestig de TELETASK cloud account(s) op het mobiel toestel.
  5. Koop licentie via TTecomm
  6. Start de ATMOS app.

Maak een SI (Systeem Integrator) account aan

Een Systeem Integrator account is hetzelfde als een andere account, maar wanneer een installatie voor het eerst met de cloud service verbonden wordt, dan is dit de initiële account die vereist is vóór er een gebruikersaccount kan gemaakt worden.
Om een SI account aan te maken, ga naar cloud.teletask.be en klik ‘maak nieuwe account’
Of gebruik de link die in PROSOFT staat (zie het hoofdstuk Verbind de centrale eenheid met de TELETASK cloud) om rechtstreeks naar de ‘maak account’ te springen.
Geef de nodige informatie van de Systeem Integrator in (naam, e-mail, land en paswoord) en klik ‘creëer account’. De SI zal onmiddellijk een e-mail ontvangen
In de e-mail staat een bevestigingslink. Klink op de link om de account te activeren.

Opmerking: indien u deze mail niet meteen kan zien dan kan deze kan in de spam-box of Clutter of gelijkaardige terecht gekomen zijn).

Verbind de TELETASK DoIP centrale met de TELETASK cloud service

Deze stap moet gedaan worden in PROSOFT.
De PC moet verbonden zijn met de TELETASK centrale en met het internet.

  • Selecteer in PROSOFT ‘communicatie’ – ‘cloud’.
  • Het inlogscherm van de TELETASK cloud verschijnt.
  • Geef uw e-mail adres en paswoord in (het welke u gebruikt heeft in de vorige stap). U kan eventueel ook alsnog ‘maak een account’ aanklikken.


Image30

Opmerking: U kan optioneel uw ‘gebruikersnaam’ en ‘paswoord’ opslaan op uw PC, zodat je deze niet telkens meer nodig hebt bij het inloggen in andere installaties (= andere installaties van andere gebruikers) die u wil toevoegen aan de TELETASK cloud service.

Wanneer de login succesvol verlopen is, verschijnt het ‘definieer installatie’ venster

  • Geef een naam in voor de installatie. De ingegeven naam zal in de iSGUI app komen als de naam van de betreffende woning/gebouw. Naargelang de toepassing en of de eindgebruiker één of meerdere woningen/gebouwen te besturen, hebben. vb.: naam van de klant, ‘thuis’, ‘home’, ‘kantoor’, ‘cabinet’, ‘winkel’,… We raden om veiligheidsredenen ten sterkste aan om ;geen publiek gekende naam van het gebouw of de bewoners of het woonadres te gebruiken.
  • Verbind door te klikken op ‘Verbind de installatie met de cloud’.


Image31

De installatie is nu verbonden met de Cloud. De instellingen kan men steeds raadplegen en wijzigen door in te loggen op cloud.teletask.be.

Creëer en configureer de gebruikers.

De volgende stap is het configureren van gebruikers. Dit zijn personen die de ATMOS app op een toestel willen draaien en personen die het beheer moeten doen van de rechten van deze gebruikers. Meestal is dit de eigenaar van de woning/gebouw, die terzelvertijd ook een gebruiker is van de app.
Het configureren van gebruikers gebeurt in PROSOFT. Click het menu ‘Extra’ en ‘gebruikersinstellingen’ zodat u het scherm ‘definieer gebruikers’ ziet.

Gebruikerseigenschappen:

“Naam”
Een gebruikersnaam (vereist; vb. ‘Maxim’, ‘Julie’, ‘Robbe’…).
“Email adres”
email adres van de gebruiker (vereist voor iSGUI gebruik).
“Cloud toegang”
Dit kan zowel ‘geen toegang’, ‘eigenaar’ als ‘gebruiker’ zijn. Deze laatste instellingen zijn enkel mogelijk voor een gebruiker met cloud toegang waarbij hierboven het email adres is van ingegeven. De verschillende instellingen staan met meer uitleg in het volgende hoofdstuk.
“Proximity tag”, “Proximity kaart”, “PORTA” en “Groep”
zijn instellingen specifiek voor CARDSOFT toepassingen (toegangscontrole met chipkaart). Zie desgewenst het hoofdstuk CARDSOFT voor meer info.


Image32

Cloud toegang

In de cloud service zijn vier mogelijke gebruikerstypes kiesbaar: “Systeem integrator”, “Eigenaar”, “Gebruiker” en “None”.

“Systeem integrator”
De systeem integrator account is gebruikt als initiële account voor de eerste connectie. De systeem integrator heeft standaard toegang tot de installatie. Ook kan de SI Licenties aankopen via TTecomm.

De eigenaar kan echter via de TELETASK Cloud website, de toegang voor de installateur uitschakelen. Wanneer dit uitgeschakeld is kan de installateur de ATMOS app niet gebruiken, noch kan hij gebruikers aanpassen via de TELETASK Cloud website.

De systeemintegrator is verplicht dit aan de eigenaars te melden wanneer hij ten allen tijde toegang heeft tot de instellingen en het gebruik van de ATMOS (het is als het bijhouden van een reservesleutel van de woning). Dit gebeurt best schriftelijk (e-mail) waarbij de SI een bevestiging van de klant dient te beschikken dat dit toegestaan is. We raden dit echter af om als systeemintegrator geen onnodige verantwoordelijkheden te moeten dragen. Anderzijds is dit als serviceoverweging naar de eigenaar(‘s) wel interessant.
“Eigenaar”
dit type gebruiker heeft volledige ATMOS toegang en hij kan op de cloud service (met browser) de instellingen van alle gebruikers steeds wijzigen. Ook kan hij inloggen op TTecomm en de leicenties beheren.
“Gebruiker”
dit is een gewone gebruiker die ATMOS toegang heeft maar die zelf geen instellingen van zichzelf of andere ATMOS gebruikers kan wijzigen.
“None”
gebruiker zonder cloud toegang (kan geen ATMOS gebruiken) en zonder rechten om andere gebruikersinstellingen te wijzigen.

Opmerking: een ‘eigenaar’ kan de status van alle andere gebruikers te allen tijde wijzigen mits in te loggen met zijn account op de TELETASK cloud service. Hij hoeft hiervoor dus geen PROSOFT te gebruiken. Deze toepassing is bijvoorbeeld interessant om een gebruiker te activeren (‘gebruiker’) of (tijdelijk) te blokkeren (op ‘none’’ instellen). Dit kan interessant zijn voor het op afstand beheren van (tijdelijk) personeel, externe technische specialisten, blokkering van de systeemintegrator wanneer geen services gewenst zijn, enz...

Verzenden van het PROSOFT bestand naar de centrale eenheid

Van zodra de vorige stappen doorlopen zijn, dan moet het configuratiebestand (.nbt) nu eerst naar de centrale (‘s) verzonden worden.

Dit kan men op de gebruikelijke wijze doen (menu: communicatie – verzenden). Zie details in het Technisch Handboek dat je in het PROSOFT-help menu kan oproepen. De centrale zal nu op de hoogte worden gebracht dat ze zich moeten verbinden met de TELETASK cloud service van zodra een internet verbinding ter beschikking is. Van zodra PROSOFT aangeeft dat de centrale ‘verbonden’ is kan je ook de status van de cloud verbinding(en) volgen onderaan op het PROSOFT scherm.

Camera’s bekijken in de ATMOS app

(zonder behoefte aan Dynamic DNS of vast IP-adres)
IP camera’s verbinden niet rechtstreeks met de TELETASK cloud om het (zwaar) dataverkeer op de TELETASK cloud servers te beperken. Deze zullen port forwarding nodig hebben, maar de TELETASK cloud zal er voor zorgen dat een rechtstreekse verbinding kan gemaakt worden vanuit de iSGUI applicatie met de router op dewelke de port forwarding is geconfigureerd. Een VPN, dynamische DNS verbinding of een vast IP-adres van uw ISP zijn dus niet langer nodig hiervoor.
Er zijn veel fabrikanten van IP-routers en daarom staat hier geen methode voor het opzetten van een port-forwarding voor de specifieke router in uw project. Contacteer hiervoor uw netwerk specialist.
Van zodra de port forwarding is opgezet, moet u enkel nog de ‘public port’ toevoegen zoals individueel gebruikt voor de forwarding naar elke camera.

Image33

Opmerking: Om veiligheidsredenen is het belangrijk om op de camera’s die op de TELETASK cloud gebruikt worden, te voorzien van een paswoord.
Opmerking: Normaal zal het publiek poortnummer voor elke camera verschillend zijn, tenzij meerdere camera’s aangesloten worden via een meervoudig toestel (bijv. meerkanaals cameraswitchers of video recorders).
Opmerking: De ‘test video’ knop in PROSOFT (zie capture hierboven) test enkel de lokale werking van de camera en niet de remote access.

Netwerk specificaties (gebruikte poorten)

Ook al is het TELETASK cloud systeem ontworpen om te werken met de meeste netwerken, kunnen sommige netwerken (in kantoren, hotels,…) de door TELETASK cloud gebruikte poorten blokkeren. De poorten verschillen voor de centrale eenheid en bijvoorbeeld een aangesloten smart phone.

  • (DoIP) Centrale eenheid: uitgaand verkeer op poorten 9000 en 9443 moet worden toegelaten voor het netwerk waarop de centrale eenheid is verbonden.
  • ATMOS: Uitgaand verkeer op de poorten 5671 en 443 moet worden toegelaten op het Wi-Fi netwerk op hetwelke het device (smart phone) is verbonden. Indien het device verbonden is via 4G (of een andere communicatiestandaard) dan moeten deze poorten ook standaard open staan.
  • PROSOFT: gebruikt naast de poorten van ATMOS/iSGUI ook poort 22 voor remote service verbinding.

De TELETASK cloud service hoeft dus geen VPN of port forwarding nodig (dit laatste muv integratie van camera’s). Er is ook geen behoefte aan een statische IP adres of dyndns service (ook niet voor camera’s).

Switch Language

Technical Handbook: