De AURUS-2 SENSE met ingebouwde bewegingsmelder beschikt over verschillende parameters die kunnen ingesteld worden naargelang de specifieke behoeften van het project en van de gebruiker.
Bewegingsmelder:
Er zijn twee opties voor de bewegingsmelder van de AURUS-2 SENSE:
- ‘Bewegingsmelding functie’
- Dit is de standaard instelling waarbij de ‘bewegingsmelderfunctie’ rechtstreeks bij de AURUS-2 SENSE geconfigureerd wordt.
- ‘Linken met andere AURUS-2 SENSE (of SIRIUS)’
- Gebruik deze optie als deze AURUS-2 SENSE met een andere AURUS-2 SENSE of SIRIUS wordt gekoppeld die al geconfigureerd is. Selecteer de juiste AURUS-2 SENSE/SIRIUS uit de lijst.
Stel volgende parameters in voor het definiëren van de bewegingsmeldingfunctie:
- ‘Uitgang’
- Dit is het licht (of andere functie) die door de bewegingsmeldingfunctie wordt aangestuurd
- ‘Aangeschakelde tijd’
- Dit is de tijd hoelang de uitgang aangeschakeld blijft na de laatste flank.
- ‘Lichtniveau’
- Optioneel. Onder dit lichtniveau wordt de uitgang aangeschakeld. Als er ‘Geen’ geselecteerd is, zal de bewegingsmelder de uitgang altijd aanschakelen bij detectie van beweging.
Opmerking: Bij het instellen van een lichtniveau, wordt de ingebouwde lichtsensor automatisch geactiveerd.
Opmerking: De in de AURUS-2 SENSE aangemaakte bewegingsmelderfunctie staat ook in de lijst van ‘bewegingsmelderfuncties’. Deze kan dus ook gekoppeld worden met een traditionele bewegingsmelder die samen met de AURUS-2 SENSE moet werken. Zie hoofdstuk ‘Bewegingsmelderfunctie’.
Opmerking: de bewegingsmeldertoets is altijd flank getriggerd (zie hoofdstuk ‘Digitale ingangsinterfaces – Specifieke parameters’).
Opmerking: De bewegingsmeldertoets kan niet gebruikt worden door de TELETASK afstandsbediening.
Ingebouwde lichtsensor:
De AURUS-2 SENSE bevat een ingebouwde lichtsensor. Deze kan als een sensor zone gebruikt worden in het volledige domotica project.
De ingebouwde lichtsensor is standaard niet geactiveerd. Volg de volgende instructies om deze te activeren.
- Klik op het lichtsensor icoon
- Kies 'AURUS Lichtsensor' als ‘Sensor Type’ en geef de sensor een functionele naam, vb.: Sensor AURUS-2 SENSE Living.
- Indien de sensor gebruikt zal worden om een functie te bedienen, vervolledig dan de instellingen bij ‘Uitgangseigenschappen’: