Loading...
 

Relais NL

Image244
Dit is de lijst van Relais die in de Centrale Eenheid gedefiniëerd zijn.
Elke Relais wordt geïdentificeerd als (vb.):
(A0 O00/1): 01 Ruimte >> Icoon >> Naam

A’
Centrale Eenheid. Als er meerdere Centrale Eenheden verbonden zijn via Ethernet, kan dit een andere karakter zijn. Maar ik de meeste en in dit geval is dit A.
‘0’
AUTOBUS Nummer: (0-4) 0 is intern de Centrale Eenheid (enkel mogelijk bij een MICROS+/PICOS)
‘O’
Ingang (I) of Uitgang(O): in de lijst van Relais is dit altijd “O”
‘00’
AUTOBUS Addres van de interface.
‘/1’
nummer van de Relais van de interface (1-8)
‘01’
intern Relais nummer (wordt enkel in PROSOFT gebruikt)
‘Ruimte’
de gedefiniëerde ruimte van de Relais
‘Icon’
gedefiniëerde functie type
‘Name’
naam van de Relais

Het Blauwe of Gele blokje aan de linker kant van de Relais geeft de status van weer:
Image245
Blauw is UIT,.
Image246
Geel is AAN.
Door op het blokje te klikken wordt de status veranderd tussen UIT en AAN.
Image247
Een rood kruis over het blokje duid aan dat de Centrale Eenheid niet zeker is van de correcte status. Het blauw of geel toont de status van hoe deze zou moeten zijn. Extra informatie over de foutmelding staat er onder, indien beschikbaar.

Switch Language

TELETASK Technical handbook