Omschrijving:
De sensor functies activeren (sensor)drempelwaarden die door uw TDS worden gebruikt om bepaalde acties uit te voeren. Wanneer de metingen van de TELETASK temperatuursensor, vochtsensor of lichtsensor deze waarden onder- of overschrijdt, wordt een gepaste actie onderNEENmen.
Parameters:
De functie zelf:
- 'Sensor'
- deze parameter definieert de sensor of sensorzone, waarvoor de verschillende sensor functies moeten weergegeven worden. In dit veld kan u enkel de sensors selecteren waar reeds een sturingsmethode aan gekoppeld werd.
- 'Sensor functies'
- selecteer de sensor functie naargelang de gewenste drempelwaarde. Volgende sensor functies zijn beschikbaar:
- Temperatuursensor: wanneer een temperatuursensor (TDS12250, TDS12251, AURUS sensor, AIRZONE, Daikin, Mitsubishi Electric, MODBUS) is geselecteerd, kunnen afhankelijk van het type en de configuratie van de sensor volgende sensor functies beschikbaar zijn:
- 'Aan/Uit'
- deze functie schakelt de temperatuursmeting voor de; betreffende zone uit. Er wordt geen meting en geen bijhorende actie uitgevoerd.
- 'Preset
- Dag': deze functie selecteert de 'Dag' preset als actieve drempelwaarde.
- 'Preset
- Nacht': deze functie selecteert de 'Nacht' preset als actieve drempelwaarde.
- 'Preset
- Standby': deze functie selecteert de 'Standby' preset als actieve drempelwaarde.
- 'Preset
- Vriesbeveiliging': deze functie selecteert de 'Vriesbeveiliging' als actieve drempelwaarde.
- 'Preset
- Omhoog': deze functie verlaagt de geldende drempelwaarde met 1 stap = 0.5°C.
- 'Preset
- Omlaag': deze functie verhoogt de geldende drempelwaarde met 1 stap = 0.5°C.
- 'Preset
- Schakelen Dag/Nacht': deze functie schakelt de drempelwaarde tussen 'Dag' (aan) en 'Nacht' (uit).
- 'Preset
- Schakelen Dag/Standby': deze functie schakelt de drempelwaarde tussen 'Dag' (aan) en 'Standby' (uit).
- 'Preset
- Schakelen Standby/Nacht': deze functie schakelt de drempelwaarde tussen 'Standby' (aan) en 'Nacht' (uit).
- 'Zet bepaalde temperatuur'
- onafhankelijk van preset temperaturen, kunt u een specifieke temperatuur ingeven. Dit wordt niet aanbevolen! Gebruik de preset temperaturen zoveel als mogelijk. TELETASK adviseert om Preset Dag, Nacht en stand-by te gebruiken voor NEENrmaal gebruik en om deze functie alleen te gebruiken in uitzonderlijke gevallen waarin de gewenste temperatuur anders is dan alle vooraf ingestelde temperaturen.
- 'Raam open
- Vriesbeveiliging': deze functie activeert de 'Vriesbeveiliging' als actieve drempelwaarde, wanneer een raam wordt geopend. Wordt het raam gesloten dan activeert deze functie de laatst actuele preset 'Dag', 'Nacht' of 'Standby'.
- 'Mode
- Verwarmen/Koelen (auto)': Deze functie bepaalt dat het geïntegreerde verwarmings- en koelsysteem automatisch ingesteld wordt op koelen of verwarmen. Het zal koelen als de omgevingstemperatuur te hoog wordt en verwarmen wanneer het te koud wordt in de ruimte. Neem de Delta Heat / Cool instelling in beschouwing in Extra Options Sensor tab in het PROSOFT hoofdmenu. Hiermee wordt voorkomen dat het systeem continu schakelt tussen verwarmen en koelen.
- 'Mode
- Koelen': Deze functie bepaalt dat het geïntegreerde verwarmings- en koelsysteem enkel zal koelen voor de betreffende temperatuur zone.
- 'Mode
- Verwarmen': Deze functie bepaalt dat het geïntegreerde verwarmings- en koelsysteem enkel zal verwarmen voor de betreffende temperatuur zone.
- 'Mode
- Heat+': Deze functie schakelt de betreffende temperatuurzone in de 'Heat+' functie zoals door het Airzone systeem beschreven.
- 'Mode
- Ventilatie': Deze functie schakelt de betreffende temperatuur zone in de ventilatie functie aan indien van toepassing.
- 'Mode
- Dry': Deze functie schakelt de betreffende temperatuur zone in de ‘Dry’ functie aan indien van toepassing.
- 'Mode
- Stop systeem': Deze functie schakelt het complete Airzone systeem uit. Voor geen enkele temperatuur zone zal NEENg een actie worden uitgevoerd.
- 'Mode
- Snelheid: Auto': Zet de snelheid van het Heat/Cool systeem op 'AUTO’. Deze is afhankelijk van het verschil tussen ingestelde en gemeten temperatuur.
- 'Mode
- Snelheid: TRAAG': Zet de snelheid van het Heat/Cool systeem op 'TRAAG'.
- 'Mode
- Snelheid: MEDIUM': Zet de snelheid van het Heat/Cool systeem op 'MEDIUM'.
- 'Mode
- Snelheid: SNEL': Zet de snelheid van het Heat/Cool systeem op 'SNEL'.
- 'Mode
- Direction X': Zet de luchtuitlaat van het aircosysteem op een bepaalde richting of 'SWING',enkel indien van toepassing (DAIKIN,...).;
Beschikbaarheid van de sensor functies:
Sensor type | TELETASK sensor | AIRZONE sensor | DAIKIN, MITSUBISHI ELECTRIC, MODBUS sensor |
TDS reference nummer | TDS12250 TDS12251 TDS12020 TDS12021 TDS12022 TDS12024 TDS12026 | TDS14060 | TDS15200 TDS14061 |
Mode: Verwarmen/Koelen (auto)* | Als het relais verwarmen- en koelen is gedefinieerd. | NEEN | Als Verwarmen en Koelen geactiveerd zijn in het sensor configuratiemenu. |
Mode: Verwarmen | Als de verwarmen relay is gedefinieerd. | JA | Als Verwarmen geactiveerd is in het sensor configuratiemenu. |
Mode: Koelen | Als de verwarmen relay is gedefinieerd. | JA | Als Verwarmen geactiveerd is in het sensor configuratiemenu. |
Mode: Heat+ | NEEN | JA | NEEN |
Mode: Stop Systeem | NEEN | JA | NEEN |
Mode: Ventilatie | NEEN | JA | Als ventilatie geactiveerd is in het sensor configuratiemenu. |
Mode: Dry | NEEN | NEEN | Als Dry geactiveerd is in het sensor configuratiemenu. |
Snelheid: Auto | Als “4 Steps (OR)” of “4 Steps (AND)” als “controle methode” voor verwarmen en/of koelen geselecteerd is. | NEEN | Als de ‘snelheid mode” op “2 Steps” of op “3 Steps” staat. |
Snelheid: Slow | Als “4 Steps (OR)” of “4 Steps (AND)” als “controle methode” voor verwarmen en/of koelen geselecteerd is. | NEEN | Als de ‘snelheid mode” op “2 Steps” of op “3 Steps” staat. |
Snelheid: Medium | Als “4 Steps (OR)” of “4 Steps (AND)” als “controle methode” voor verwarmen en/of koelen geselecteerd is. | NEEN | Als de ‘snelheid mode” op op “3 Steps” staat. |
Snelheid: Fast | Als “4 Steps (OR)” of “4 Steps (AND)” als “controle methode” voor verwarmen en/of koelen geselecteerd is. | NEEN | Als de ‘snelheid mode” op “2 Steps” of op “3 Steps” staat |
Direction X | NEEN | NEEN | Enkel TDS15200 |
*Auto mode moet geactiveerd zijn in PROSOFT
Extra > Opties > Sensor tab > Enable Auto modus.
Vochtsensor en Lichtsensor: de volgende functies zijn beschikbaar wanneer een vochtsensor of temperatuursensor werd gedefinieerd.
- 'Preset
- Uit': De sensor wordt uitgeschakeld. De gekoppelde functie wordt niet geschakeld; manuele bediening van de functie is mogelijk.
- 'Preset
- Dag': deze functie selecteert de 'Dag' preset als actieve drempelwaarde.
- 'Preset
- Nacht': deze functie selecteert de 'Nacht' preset als actieve drempelwaarde.
- 'Preset
- Omhoog': deze functie verlaagt de geldende drempelwaarde met 1 stap = 1% (vocht), niet lineaire lux waarde (licht).
- 'Preset
- Omlaag': deze functie verhoogt de geldende drempelwaarde met 1 stap = 0.5°C.
- 'Preset
- Schakelen Dag/Nacht': deze functie schakelt de drempelwaarde tussen de 'Dag' waarde (aan) en de 'Nacht' waarde (uit).
- 'Preset
- Schakelen Dag/Uit': Deze functie schakelt de drempelwaarde tussen de 'Dag' waarde (aan) en geen drempelwaarde (uit).
Opmerking:
Bij oproep vanuit een andere functie:
Alle functies (vb: Local Mood)
De sensorfuncties zijn in andere functies zoals vb: local mood selecteerbaar. Hun werking blijft in dit geval zoals hierboven beschreven.
De functie 'Conditie'
Bij een conditie zijn bovenstaande sensor functies selecteerbaar, plus het sensor niveau. Het sensor niveau bepaalt in dit geval een specifieke doelwaarde bruikbaar voor de conditie.